Het koude en late voorjaar en daardoor late bloei, heeft mogelijk een negatief effect op het zetmeelgehalte in de maïs dit jaar. Dat verwacht Jos Groten, onderzoeker bij Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO-WUR). De maïsspecialist van PPO-WUR verwacht niet dat 2013 de boeken in gaat als een uitmuntend maïsjaar. Voor een maximale vulling van de kolf is het belangrijk dat de omstandigheden voor fotosynthese optimaal zijn.
Zo zijn hoge temperaturen gewenst (25-35 graden Celsius) en moet er regelmatig een regenbuitje vallen. Ook moeten de dagen niet te kort worden, dan wordt er namelijk minder licht omgezet in zetmeel.
‘Of het een zetmeelrijk jaar wordt, is afhankelijk van komende maand. Maar mijn verwachting is dat het niet heel hoog zal zijn. Naast het feit dat we productiedagen missen, zijn de planten ook redelijk lang’, geeft Groten aan.
Het zetmeelgehalte wordt immers eveneens bepaald door de kolf/plantverhouding. Bij massale planten is het gehalte aan zetmeel vaak wat lager.
Daarbij viel er dit jaar in De Bilt 150 millimeter minder neerslag dan het langjarig gemiddelde. ‘Dat heeft een negatief effect op de korrelvulling. Ik denk dat 2013 dus een gemiddeld maïsjaar wordt, mogelijk met een gemiddeld tot matig zetmeelgehalte.’
Ook volgens specialist voedergewassen Albert Jan Bos bij DLV, worden de weersomstandigheden van september cruciaal voor de hoeveelheid zetmeel.