Sorghum kan in de toekomst een mogelijk alternatief zijn voor snijmaïs. Vooral de droogte- en ziektegevoeligheid is beter dan maïs. Daarnaast is de energie/eiwit- verhouding gunstiger. Bij de huidige GLB-regels kan sorghum ook tellen als 3e gewas.

Zaaizaadleverancier DSV heeft dit jaar een aantal proefvelden liggen met het op vier na grootste gewas ter wereld. Door het veel langere Noordwest Europese veredelingsprogramma, is snijmaïs beter bestand tegen het Nederlandse klimaat dan Sorghum. Met het veredelen van sorghum wil DSV daar verandering in brengen.

Kort groeiseizoen

Volgens DSV heeft sorghum teelttechnisch, maar ook op voederwaarde een aantal voordelen ten opzicht van snijmaïs. Zo heeft de plant onder andere een kort groeiseizoen van vier maanden, waardoor een combinatie met bijvoorbeeld één of twee sneden gras goed mogelijk is. Ook heeft sorghum de helft minder stikstof nodig en wortelt het dieper dan maïs en andere granen. Dit komt de bodemstructuur ten goede.

Aandachtpunten bij de teelt van sorghum zijn er ook. Zo is de plant gevoelig voor vorst en heeft het een trage beginontwikkeling.

Hoger eiwit, lager VEM

Wat voederwaarde betreft heeft het gewas een hoger eiwitgehalte (tussen de 10 en 18 procent) en meer suiker (rond de 17,5 procent) en een hoger aandeel ruwe celstof dan snijmaïs. De VEM is daarentegen weer lager (840 VEM per kilo drogestof) en ook het lagere zetmeelgehalte (275 gram per kilo drogestof) valt op. Het lage VEM komt met name door de lagere verteerbaarheid van het organische stof en het hoge aandeel lignine (houtstof). Hier wordt volgens DSV in het veredelingsprogramma rekening mee gehouden.

Een proefveld met sorghum is te zien op de Innovatiedag ruwvoer, die wordt gehouden op dinsdag 6 september bij DSV Zaden in Ven-Zelderheide.