Uit

rantsoenIn de praktijkproef ‘Waarheen met ammoniak op veen’ experimenteren onderzoekers met lage ruw eiwitgehaltes in het rantsoen van koeien. Een teveel aan ruw eiwit in het voer zorgt voor meer stikstof in de urine, dit leidt mogelijk tot een verhoging van de ammoniakemissie, stellen Wageningen UR enVerantwoorde Veehouderij. Tijdens de praktijkproef worden op vier melkveebedrijven twee verschillende ruw eiwitgehaltes in het rantsoen met elkaar vergeleken.

Proefopzet

“Voor de proef staan de koeien op stal en krijgen zij gedurende vier weken een rantsoen gevoerd met gemiddeld 16 procent ruw eiwit”, stellen Wageningen UR en Verantwoorde Veehouderij. “Daarna wordt het ruw eiwitgehalte in het rantsoen gedurende vier weken verlaagd naar gemiddeld 15 procent.” De onderzoekers selecteren vijftien koeien op de deelnemende bedrijven. Bij deze koeien worden mestmonsters genomen om het stikstofgehalte te bepalen. Daarnaast worden mest, conditie en pensvulling gescoord. De stikstofexcretie in de urine wordt geschat aan de hand van het ureumgehalte in de melk. Aan het eind van elke proefperiode doen de veehouders een melkcontrole. “Uit deze gegevens kan onder meer de melkproductie, melksamenstelling, indicaties voor mastitis, pensverzuring en slepende melkziekte worden bepaald”, aldus de samenwerkende partijen. Op deze manier willen de partijen in de praktijk onderzoeken welk effect het ruw eiwitgehalte heeft op de productie, gezondheid en de vorming van ammoniak.