Uit

Bij een melkveebedrijf is afgelopen week via mestonderzoek een longwormbesmetting aangetoond. Dit is ruim een maand eerder dan vorig jaar. Toen werd in augustus pas het eerste geval geconstateerd. Dit meldt de Gezondheidsdienst voor Dieren.

Op het bedrijf had een groot deel van de melkveekoppel, zowel jongere als oudere koeien, klachten (hoesten en melkproductiedaling), ondanks dat op dit bedrijf de dieren elk jaar weidegang krijgen.

Eerdere besmetting moeilijker aan te tonen

Bij volwassen koeien die eerder weidegang hebben gehad wordt de longworm, door eerder opgedane besmetting, vaak niet volwassen. Toch kunnen ook bij eerdere besmetting dezelfde klachten (hoesten en productiedaling) optreden, stelt de gezondheidsdienst. Die worden veroorzaakt door een overreactie van het immuunsysteem. Doordat in deze dieren niet altijd volwassen longwormen aanwezig zijn, is het moeilijker om dit aan te tonen. In het genoemde geval werd de longworm wel volwassen en werden in alle ingestuurde mestmonsters larven aangetroffen.

GD adviseert om bloed of mest van runderen te onderzoeken die voor het eerst in aanraking zijn gekomen met longworm en die hoestklachten vertonen. Bij een hoestende koppel melkkoeien kan tankmelkonderzoek op longwormafweerstoffen genomen worden.

Tekst: Sjouke Jacobsen