Uit

De Europese Commissie wil Nederland ook voor de komende vier jaar derogatie verlenen. Dat schrijft staatssecretaris Dijksma in een brief aan de Tweede Kamer.

De Commissie zal het Nitraatcomité, dat eind april beslist over derogatie, voorstellen in te stemmen met een derogatie voor 250 kilogram stikstof per jaar – evenveel als in de vorige periodes. Maar deze keer zitten er haken en ogen aan.

Zandgronden

Niet overal in Nederland zal de derogatie even hoog zijn. Voor de zandgronden in Overijssel, Gelderland, Utrecht, Noord-Brabant en Limburg, alsmede voor het lössgebied in Zuidlimburg, stelt de Commissie een derogatie van 230 kilogram voor. Reden hiervoor is dat de kwaliteit van het grondwater in deze gebieden niet voldoet aan de norm van de Nitraatrichtlijn.

Verder moeten boeren die gebruik willen maken van de derogatie tenminste 80 procent grasland hebben. In de vorige periode was dat nog 70 procent.

Daarnaast eist de Commissie dat Nederland het mestbeleid dat de staatssecretaris eind december heeft voorgesteld, ten uitvoer brengt. Dat betekent voortzetting van het systeem van dierrechten voor varkens en pluimvee en een stelsel voor verantwoorde groei in de melkveehouderij.

Maatwerk in uitvoering

Van bovenstaande zaken kan worden afgewezen. De Nitraatrichtlijn geeft boeren de mogelijkheid om equivalente maatregelen te gebruiken, zolang ze kunnen aantonen en garanderen dat deze maatregelen een zelfde milieuresultaat hebben. De kringloopwijzer is een dergelijk systeem voor de melkveehouderij.

Onder voorwaarden is het mogelijk om mest bovengronds te gebruiken. Hiermee kunnen kringloopboeren hun werkwijze voortzetten.

Boeren in het veenkoloniaal gebied in Noordoost Nederland en op Texel krijgen een vrijstelling om rundveedrijfmest op het land te plaatsen, om zodoende winderosie te bestrijden.

Tekst: Wim van Gruisen